Een karakterschets: een Urker houdt zijn blik altijd op het water gericht.
Toen ik nog in Zwolle woonde kon ik uren naar de IJssel staren, wanneer ik in Amsterdam ben neem ik weleens zonder reden het pontje naar Noord. Nu woon ik aan de Noordzeekust en betrap mezelf er meer dan eens op dat ik dromend naar een containerschip aan de einder sta te turen.
Het kan verkeren. Als mijn oriëntatie niet ietwat anders was geweest, dan had ik nu waarschijnlijk ook in de maritieme sector gewerkt. Als visserman, zoals mijn ooms of neven. Als binnenvaartschipper, zoals enkele vrienden zijn. Als kapitein op de grote vaart, zoals mijn vader is geweest.
De voorjaarsvakantie is voor mijn vader traditioneel aanleiding zijn jachtje klaar te maken voor het nieuwe zeilseizoen. Het water bleef ook roepen na nieuw werk aan de wal. Zeilen is het werkelijke gevoel van ultieme vrijheid: alleen-zijn op het water, voortdrijvend door de wind in het bolle zeil. Je hoort alleen nog golfslag tegen de romp van polyester en vergeet zelfs op je telefoon te kijken.
Het water als vriend- dat was voor mijn voorouders niet vanzelfsprekend. Tijdens archiefonderzoek stuitte ik op krantenknipsels die berichten over de stranding van mijn overgrootvader voor de kust van Egmond. Zijn vissersschip liep vast en werd door de golven verslonden. De bemanning werd opgevangen in een plaatselijk hotel en de volgende dag werd nog bij laag water getracht dan op z’n minst de motor nog te redden. Onbegonnen werk was het.

Het schip was niet verzekerd, want daar waren de verdiensten te laag voor. Een gezin met zeven kinderen kwam plotseling zonder inkomsten te zitten. Subsidieaanvragen voor een nieuw schuitje werden afgewezen en het gezin werd afhankelijk van de Zuiderzeesteunwet: een schamele bijdrage die bovendien helemaal in Amsterdam moest worden opgehaald. Bittere armoe werd het gezin deel.
Die stranding gebeurde in 1932. In datzelfde jaar werd de Afsluitdijk voltooid en verdween na mijn overgrootvaders schip dus ook zijn “thuiszee”: die werkloze vader, hij moet dit alles met lede ogen aan hebben gezien. Zijn vrouw Mariap van Urk-Koffeman wijdde haar bekendste gedicht aan het afscheid van die Zuiderzee.
Als ik op dat voormalige eiland vanaf zijn kleine strandje over het IJsselmeer kijk, dan beeld ik me graag in dat generaties voor mij eeuwenlang hetzelfde deden. Dat die grillige, zoute Zuiderzee plotseling kalm en zoet werd- het moet voor die oude Urkers toch wel een behoorlijke schok zijn geweest.
Alleen een Urker hecht zoveel waarde aan een zee dat hij erom rouwen kan, lijkt het wel.
– Bas Visscher
Omslagfoto: https://beeldbank.rws.nl, Rijkswaterstaat / Afdeling Multimedia Rijkswaterstaat
Klaas de Vries
maart 2, 2018 at 11:26 am
De zee zit al eeuwenlang in het bloed van de Urkers. Het maritieme belang van het oude eiland Urk voor onze Nederlandse en zelfs Europese geschiedenis moet dan ook niet worden onderschat..
Zoals nu nog valt te duiden liep de middeleeuwse rivier of stroom ‘De Naghel’ , de Amnis Nakala, door een vaargeul vlak ten noorden van het huidige Urker bos. Resten van de keilemen stuwwal, de oever van deze geul, zijn nu nog in het landschap daar te vinden.
Een stuwwal die pas in de twintiger jaren van de 18e eeuw door zware stormvloeden is doorbroken waardoor het eiland Urk toen in grote problemen kwam en veel land ten Noorden van Urk verloren ging. Gelukkig waren er toen de rijke financiën van de Stad Amsterdam om een vrijwel vernieuwde Urker zeewering te bekostigen met als gevolg dat ook heden ten dage het Urker bloed nog krachtig stroomt!
Dat betekent dus ook dat gedurende de Middeleeuwen de gehele goederenstroom, de Koggevaart, van de Scandinavische landen naar de Rijnsteden en vice versa vlak ten noorden van Urk langs ging. Vervolgens dan langs het in de 13e eeuw in zee verdwenen eiland Naghele en onder Schokland door richting Kampen en verder de IJssel en de Rijn afging.
Deze Koggevaart van handel en nering kun je de moedernegotie noemen van de middeleeuwse economie waarmee dus mede een fundament werd geleverd aan de Europese cultuur zoals wij die nu nog kennen. Zoals later met de handel van en naar Amsterdam heeft het oude eiland Urk hier dus ook een bijdrage aangeleverd!
Het Val van Urk en de geul bij Urk van de Naghel hebben voor een groot gedeelte en gedurende lange tijd de welvaart in de Nederlanden bepaald!
basvisscher
maart 10, 2018 at 2:15 pm
Dag Klaas,
Leuk dat je de weg naar onze site hebt gevonden. Bedankt voor de interessante toevoeging!
Hartelijke groet,
Bas
Pingback: Eibert den Herder, woordvoerder van het verzet | Land van Melk en Honing